Hoog water in weiland in Frankrijk maart 2024

Hoog Water. Foto Mirjam Janse, Frankrijk 2024

Flik Flak

Moet ik hier echt zijn?
Ik sta op de brug naar het dorp te kijken en vraag me af of het wel klopt. Onder de brug door stroomt een enorme massa bruin water. De huizen in de straat zijn geel grijs uitgeslagen, in de tuinen liggen autowrakken naast brokken puin en de ijzeren poort naar het landhuis op de heuvel zit dicht met een dikke ketting. Het landhuis staat op instorten, het eens zo fiere familiehuis met z’n donkerrode luiken en z’n daverend indrukwekkende entree is z’n glorie aan het verliezen.

Ja, toch, ik moet hier zijn. Hier is dat Italiaanse sterrenrestaurant wat ik zoek! Ik stap het restaurant binnen, maar krijg meteen te horen dat ik twee deuren verder moet zijn, de deur naar de bar. Omdat het restaurant vol zit is daar is een tafeltje voor me gereserveerd. Het restaurant is dan ook niet meer dan een grote ietwat donkere kamer, zeven tafeltjes, wc in de hoek. Ik vind het eerlijk gezegd prima om in de lichte bar te eten! Ik krijg een plek op een olijfgroen bankje uit de zestiger jaren en kijk uit op de bar, de kassa, de rijen wijnflessen, de sigaretten op de bovenste plank en de bakken met lottokaarten. Een beetje vervreemdend, dit decor, maar jee, wat krijg ik een verrassende lunch van wel vijf gangen voorgezet. Plat du jour heet het, maar het is voor mij dé verademing van weken.
Eén gang is een bordje gepeperde spaghetti met knoflook waar je smaakpapillen van op hol slaan. Het klinkt eenvoudig, maar is zó heerlijk. Het bordje vis in lentejas met groene asperges in gele saus is meer dan verrukkelijk en de witte wijn roept beelden op van libellen die boven het water het zonlicht doen schitteren in hun vleugels. En de chocolademousse maakt een tevreden kind van mij.

Om naar het toilet te gaan moet ik wel de bar uit, door de miezerregen naar het restaurant, iedereen groeten, teruglopen, deur uit, bar in, weer iedereen groeten, zitten. Podium op, podium af.

Uit de keuken klinkt marsmuziek. Af en toe roept de chef-kok iets onverstaanbaars. Kort. Hij loopt, mét de juiste witte muts met 100 plooien op, de 100 pieghe cappello, van restaurant naar keuken naar balie en neemt bestellingen op, en verkoopt en passant sigaretten. Zijn vrouw doet de lottokaarten. Aan het eind van de lunchtijd hangt hij in de vensterbank achter de bar en kijkt naar komische animaties op z’n telefoon. Ik luister mee, geen ontkomen aan.

Ja, je betaalt wel voor zo’n lunch, maar voor zo’n ervaring duik ik met groot plezier in mijn reserve voor onderweg tasje.

Ik maak een praatje met de kok en zijn vrouw. Hij is 81 en zij is dat bijna. De vraag is hoe lang ze het nog volhouden zes dagen in de week zulke feestmaaltijden aan te bieden. Maximaal twee jaar zegt zij als hij even weg is. Ze vertelt me dat ze laatst op vakantie in Londen op zoek gingen naar goede Italiaanse restaurants, net als twintig jaar geleden. Ze zijn allemaal weg, zegt ze en ze kijkt gedesillusioneerd. En, voegt ze eraan toe, hier in de buurt zijn ze ook niet meer te vinden.

Dus ook op het Franse platteland moet je dit soort gelegenheden blijkbaar met een lichtje zoeken. De dorpen lopen leeg, de huizen vervallen en deze laatste der Mohikanen van La cuisine italienne beginnen oud te worden. De eetgelegenheden worden gesloten of overgenomen door grote ketens die overal hetzelfde menu voorzetten. Hamburger of omelet met frietjes en een los blaadje sla met kant-en-klare saus. Droef.

Eerlijk gezegd ben ik erg blij met mijn herinneringen aan mijn Franse etentjes buiten de deur, lokale specialiteiten met smaak, goede wijn en Boeuf Bourguignon die zo mocht heten. Of ik klaag? Ja, eigenlijk wel. De vervlakking op vele gebieden stoort me, want het haalt het unieke weg, de persoonlijke touch, de menselijke expressie in de vorm van het met liefde klaargemaakte. Dat is het. Het is de liefde, de passie, de kennis van wat waardevol is, die ontbreekt.
De commercie geeft geen gezicht meer mee aan wat het aanbiedt. Eenheidsworst. Saai. Synthetisch. De superioriteit van de individuele maker is bijna alleen nog zichtbaar als plaatje op social media.

De ontmoeting met dit bejaarde stel cultuur-hoog-houders ontroert me.

En doet me denken aan wat er in onze wereld aan het gebeuren is.

Mirjam

Midden Frankrijk, maart 2024

« terug